En daar ging ik als tienjarige op af, belust op een gratis MARS en zo`n vlaggetje natuurlijk. In datzelfde bericht werd de toekomstige Bergse filmsterren verzocht om in “sjofele kledij” te komen, want de film speelde zogenaamd in 1944, nét na de Bevrijding van Brabant. Pas veel later zou ik te weten komen dat het ging over “ALS TWEE DRUPPELS WATER”, een film van Fons Rademakers, die in 1962 deels in het toen leegstaande MARKIEZENHOF opgenomen werd.
Alle aankomende acteurs moesten zich melden in het Achterom. Daar stond over de volle breedte van de straat een legertruck vol Marsen! En vlaggetjes! In een rij liepen we langs die groene vrachtwagen om onze rekwisieten op te halen. En daarna meteen door naar de “set” op het BEURSPLEIN om “menigte” te gaan spelen. Dat ging mij redelijk goed af, kan ik u zeggen. Karakterrollen hebben mij altijd wel gelegen, geloof ik. Alleen het WILHELMUS zingen met een mondvol Mars viel tegen. Bij het “…ben ick van Duytschen bloet…” spetterde per ongeluk de melkchocolade tegen de sjofele beige regenjas van een mede-figurant vóór mij. Toch een soort van kleine verzetsdaad, vond ik. En een bewijs dat ik “in mijn rol zat”.
Vervolgens struikelde ik met vlaggetje en al over een soort van treinspoortje. Dat bleken de rails te zijn waarover de camera, achteruit rijdend, de hoofdpersoon in close-up filmde. Dat spoorlijntje gaf mij vrij baan om vooraan te kunnen staan.
Daar stond ik dan, op de voorste rij, met vlaggetje en Marsmond. Het leek of de regisseur op mij gewacht had, want ineens klonk het sein tot: “JUICHEN!!” Dat deden we, uit volle vaderlandse borst. Ik hoorde een man achter mij zeggen dat die zwarte auto, die daar zo statig bij de Mariahoek kwam aanrijden, zogenaamd KONINGIN WILHEMINA verveurde. Ons gejuich kletterde tegen de gevels van Jan metten Lippe. De euforie kolkte om mij heen, ik zat nu echt in mijn rol, ik voelde het tot in mijn vezels.
Toen kreeg ik die duw. Zeg maar STOMP in mijn rug. In een flits schoot de ster van de film, als verpleegster verkleed, langs mij heen om vervolgens te verdwijnen onder de poort van het MARKIEZENHOF, nét voor “de KONINGIN”.
Hier eindigde abrupt mijn filmcarrière die zo veelbelovend was begonnen in de Moeregrebstraat. Ik hield er een gescheurd papieren driekleurtje aan over. En een blauwe plek, maar die is in zo`n zwart-wit film gelukkig niet te zien…